Difference between revisions of "Introduction NL"

From DiVersions
Jump to navigation Jump to search
(Elodie Mugrefya, Femke Snelting)
 
Line 1: Line 1:
 
== DiVersies: een inleiding ==
 
== DiVersies: een inleiding ==
  
=== Elodie Mugrefya, Femke Snelting ===
+
==== Elodie Mugrefya, Femke Snelting ====
  
 
DiVersies is geïnspireerd op de softwarepraktijk van 'versioning', een aanleiding om te experimenteren met online collecties van culturele instellingen. Het benadert die collecties als potentiële plekken voor dekoloniaal en intersectioneel werk, waar conflicten mogelijk kunnen en moeten zijn, die uitnodigen tot samenwerking en die ruimte maken voor andere verhalen.
 
DiVersies is geïnspireerd op de softwarepraktijk van 'versioning', een aanleiding om te experimenteren met online collecties van culturele instellingen. Het benadert die collecties als potentiële plekken voor dekoloniaal en intersectioneel werk, waar conflicten mogelijk kunnen en moeten zijn, die uitnodigen tot samenwerking en die ruimte maken voor andere verhalen.

Latest revision as of 13:57, 30 September 2019

DiVersies: een inleiding

Elodie Mugrefya, Femke Snelting

DiVersies is geïnspireerd op de softwarepraktijk van 'versioning', een aanleiding om te experimenteren met online collecties van culturele instellingen. Het benadert die collecties als potentiële plekken voor dekoloniaal en intersectioneel werk, waar conflicten mogelijk kunnen en moeten zijn, die uitnodigen tot samenwerking en die ruimte maken voor andere verhalen.

DiVersies stelt vragen zoals: Hoe kunnen verschillende ordeningen naast elkaar bestaan in online collecties? Op welke manier maken we ruimte voor het materiëel en immateriëel erfgoed van de toekomst, voor dingen die buiten de reikwijdte van musea en archieven vallen of voor andere dingen die bewust worden genegeerd? Hoe kunnen we in deze digitale omgevingen een discussie op gang brengen over de relaties tussen categorisering, kolonisatie en erfgoed? Hoe kunnen online collecties radicaal verschillende, en soms tegengestelde perspectieven herbergen?

We organiseerden het project rond zeven artistieke experimenten die werden ontwikkeld aanleiding van specifieke e-collecties zoals WikiMedia, de Carmentis-databank van het Museum voor Kunst en Geschiedenis en de website van Werkplaats immaterieel erfgoed. Aan de hand van een verscheidenheid aan artistieke strategieën testen de projecten uit hoe technieken en technologieën bedoeld om in een netwerk samen te werken, andere verbeeldingen kunnen genereren. De projecten worden samen ontwikkeld in dialoog met elkaar en in gesprek met partnerinstellingen. DiVersies ontvouwt zich in twee opeenvolgende publieke installaties, eerst in De Pianofabriek in Brussel en later in De Krook in Gent. Elk van de twee versies gaat vergezeld van een publicatie, een workshop en een publieke discussie.

Met het neologisme 'DiVersies' wilden we verwijzen naar de mogelijkheid dat als we 'versioning' technieken inzetten, misschien andere geschiedenissen op de voorgrond zouden kunnen treden.[1] Versiecontrolesystemen, wiki's, etherpads en andere digitale schrijftools slaan routinematig logbestanden en zogenaamde 'diffs' op, waardoor de rechtlijnige verhouding tussen origineel en kopie verandert, en vragen over het auteurschap en het archief opnieuw kunnen worden gesteld. Nauwkeurig gelogde workflows beloven het proces van gedeelde bewerking transparant te maken, omdat elke actie op elk moment kan worden teruggedraaid of herhaald; fouten of ongewenste invoer kunnen altijd later worden gecorrigeerd. Ook al draait het conventionele verhaal van 'versioning' rond het stroomlijnen van samenwerking en het tot stand brengen van consensus, deze technieken en technologieën besteden inherent aandacht aan verschil. In het Nederlands werd dit 'di-versies' als een spel met uiteenlopende of uiteenlopende versies. Vertaald naar het Engels en Frans, roept DiVersies ook 'diversiteit' op, een term die vooral in een institutionele context circuleert en als een stoplap fungeert om kwesties van ongelijkheid en onderdrukking te verdoezelen.[2]. Om die reden besloten we het project expliciet te verwoorden als een dekoloniale en intersectionele praktijk.

Het lijkt een tegenstrijdig gebaar om DiVersies zowel 'dekoloniaal' als 'intersectioneel' te noemen, zeker als we bedenken dat de praktijk van (digitale) collecties diep geworteld is in koloniale pogingen om de wereld te ordenen en in te delen, met inbegrip van mensen. DiVersies maakt deze paradoxale stap bewust omdat het meer dan noodzakelijk lijkt om zich zelfreflexieve e-collecties voor te stellen, zonder te proberen hun problemen te repareren, die zich bewust kunnen worden van het fysieke en epistemische geweld dat hen motiveert en op hun plaats houdt. Vertrekkend vanuit softwareprocessen die de veelheid aan versies in de werking van een project of een proces zichtbaar maken, is DiVersies een poging om rekening te houden met de hardnekkige complexiteit van de mens-naar-menselijke en mens-naar-machine-verhoudingen, en van de spanningen en conflicten die daaruit voortvloeien.

In december 2016, toen de eerste fase van DiVersies plaatsvond, was het Museum van Tervuren al enkele jaren gesloten.[3] Drie jaar later, net voor we aan de tweede fase van DiVersies begonnen, was het museum eindelijk heropend. De renovatie zou een cruciaal moment moeten zijn voor de dekolonisatie van deze instelling, een dat een belangrijk symbool is van de Belgische koloniale onderneming. De heropening van het museum leidde tot verhitte discussies over de vraag of het museum er al dan niet in slaagde te dekoloniseren, maar ook over de vraag of een dergelijke instelling, gezien haar inherente banden met het Belgische kolonialisme, ooit aanspraak zou kunnen maken op een dergelijk proces. Niet dat het dekoloniale discours in België ooit afwezig was, maar het kreeg nog niet eerder dezelfde mainstreamplatforms als tijdens deze debatten.

De discussies rond de heropening van het Museum van Tervuren deden ons beseffen dat het werk van DiVersies misschien wel urgenter is dan we aanvankelijk dachten. Drie jaar na de opening van het project staan we nog maar aan het begin van grote vragen, zoals de implicaties van digitale technologieën voor representatie, samenwerking en toegang; de inherente problemen van archivering en collectievorming; de problemen met institutionele normativiteit en de veronderstellingen over homogene identiteit die in het beleid van het cultureel erfgoed sluipen, en vooral hoe dit alles past in de complexe Belgische context en zijn specifieke koloniale geschiedenis.

De constructie van fysieke en digitale archieven is een gevolg van het sociale en symbolische kapitaal dat cultureel erfgoed vertegenwoordigt.[4] Het vereist dat geïnstitutionaliseerde archieven worden opgezet, dat digitale/fysieke documenten worden bijgehouden en dat gecodificeerde praktijken worden ontwikkeld die instellingen in staat stellen om met behulp van classificatiesystemen en mediatie hun autoriteit te bestendigen. De wederzijdse bevestiging van wat telt als erfgoed, als identiteit, als geschiedenis en als een nuttige toekomst, construeert specifieke verhalen die meestal weinig ruimte laten voor kritiek. Maar vooral in een digitale context openen zich mogelijkheden voor een archiefpraktijk die zich verzet tegen onderdrukking en annihilatie.

Om dit potentieel te activeren is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want digitale ruimtes zijn zelf doordrongen van ogenschijnlijk neutrale criteria, templates, standaarden, enzovoort. Databasetechnologieën bevestigen bijvoorbeeld routinematig de autoriteit van bepaalde soorten deskundigen en niet van andere; algoritmen onderschrijven gender cliches en Wikipedia heeft verrassend weinig ruimte voor afwijkende wereldbeelden. DiVersies houdt zich daarom niet alleen bezig met de digitale items die in e-collecties worden samengebracht, maar ook met de manier waarop metadata, softwarepakketten en webtechnologieën ruimte voor Di-Versions voorkomen of juist creëeren.

Digitale collecties kunnen technisch gezien worden gekopieerd, herhaald, gedownload, en in vele contexten tegelijk gebruikt. Het betekent dat de inertie van conventionele arrangementen anders werkt; de fysieke kwetsbaarheid, materiële en historische waarde van erfgoedobjecten kan niet als argument worden gebruikt. DiVersies wil de mogelijkheden van digitale collecties inzetten om een levendig dekoloniaal en intersectioneel discours te voeden en de openstelling van categorieën te bewerkstelligen. DiVersies experimenteert daarom met gedigitaliseerd en digitaal erfgoed als een manier om uiteenlopende vormen van geschiedschrijving uit te proberen, om nog onvertelde verhalen te vertellen en om conceptuele de- en reconstructiemogelijkheden ruim baan te geven. Ook al veranderen deze experimenten de symbolische orde misschien niet definitief, ze maken in ieder geval ruimte om er over te fantaseren.

DiVersies past in Constants lange betrokkenheid bij de exploratie van institutionele en archiveringstechnologieën vanuit een feministisch perspectief. Projecten zoals Active Archives, Mondotheque en Scandinavisch Instituut voor Computationeel Vandalisme boden platforms voor diverse constellaties van kunstenaar-onderzoekers om soms gedurende meerdere jaren rond de machtsverhoudingen, onderdrukking en projecties in het (digitale) archief te werken. Zoals DiVersies laat zien, is dergelijk werk nooit af en nodigt het steeds uit tot reflectie, kritiek en nieuwe pogingen. We blijven het proberen.

Deze publicatie verschijnt bij de eerste publieke presentatie van DiVersies. De teksten en beelden in dit boek, en de erin gedocumenteerde projecten, verzetten zich ieder op een eigen manier tegen simplificatie en homogenisering. Ze besteden aandacht aan de historiciteit en performativiteit van archieven en gaan aan de slag met hun tegenstellingen inplaats van er tegenin te gaan. DiVersies is een volhardende poging om samen de verhalen die in digitale collecties zijn ingebouwd, opnieuw te bekijken en om in en met de lacunes te spelen.

  1. DiVersies begon met een werksessie in december 2016, georganiseerd in samenwerking met het Museum voor Kunst en Geschiedenis. Documentatie: http://constantvzw.org/w/?u=http://media.constantvzw.org/wefts/41/
  2. "De taal van diversiteit kan effectief zijn als een 'coping mechanisme' om te kunnen omgaan met een heterogeniteit die in werkelijkheid conflictueus is'. Himani Bannerji in: Sarah Ahmed, On being included: Racism and Diversity in Institutional Life (2017)
  3. Er is een interessante historiciteit alleen al in de naam van het museum dat oorspronkelijk Paleis van de Koloniën heette en dat nu "Afrikamuseum" wordt genoemd. Deze evolutie blijkt een poging te zijn om het instituut verder van zijn koloniale wortels af te leiden en het om te vormen tot een museum van Afrika, van het land en zijn bevolking. De opeenvolging van deze namen werkt als een betekenisvol archief van de langzame evolutie van het museum dat worstelt met zijn omgeving.
  4. UNESCO definieert cultureel erfgoed als "de erfenis van fysieke artefacten en ongrijpbare attributen van een groep of maatschappij die van vorige generaties worden geërfd, in het heden worden bewaard en ten goede komen aan toekomstige generaties" http://www.unesco.org/new/en/cairo/culture/tangible-cultural-heritage/